maandag 16 november 2009

Spreekt u ook omgekeerd?



Kijkt u ook naar de heruitzendingen Het Eiland? Vindt u Sammy Tanghe ook een rare snuiter? Ik niet! Met zijn hoog voorhoofd moet hij hoogst intelligent zijn. En hij kan omgekeerd spreken. Net als ik...


Het was een schok voor mij, de eerste keer dat ik Sammy omgekeerd hoorde spreken. Heel het gezin keek verbaasd in mijn richting. Of ik de scenarist was? Want iedereen weet dat ik zo snel omgekeerd kan spreken dan gewoon. Ik kan meteen een hele zin herhalen. Taw tgez u? Wat zegt u? Jaja, ik spreek vlotjes omgekeerd. Dreekegmo. Ik schrijf het zelfs vlot.


Ik heb altijd gedacht dat ik de enige mens ter wereld was die zo sprak. Mijn kinderen gierden het uit en gaven me aan tafel opdrachten. ,,Papa, zeg eens: de frietjes zijn lekker’’. Dan zei ik onmiddellijk ,,ed sejteirf njiz rekkel’’, tot grote hilariteit van het gezelschap. Ik had zelfs periodes dat ik in gedachten alle zinnen in het omgekeerd omzette. Ik dacht dat ik stapelgek was, dat ik een vreemde ziekte had.


Maar nu merk ik plots dat ik niet alleen ben, dat er lotgenoten zijn. Sammy Tanghe heeft er geen enkele moeite mee. Op het internet las ik dat er in Suriname groepjes jongeren zijn die omgekeerd spreken met elkaar. Ik dreig dus niét in de psychiatrie te worden opgenomen. Oef. Dat stelt me gerust. Tad tlets em tsureg.


Maar nu vraag ik me af, lieve lezers, of er ook onder u mensen zijn die spontaan omgekeerd kunnen denken of spreken. Waaraan hebben wij dat te danken? Zijn we héél slim? Zitten we met een rare kronkel in onze kop en worden we vroeg dement? Zijn we de uitverkorenen van een hogere godheid? Zullen we op langere termijn nog alleen omgekeerd kunnen spreken?


Misschien moeten we en zelfhulpgroep opstarten. We noemen onszelf Dreekegmo. En we geven fuiven. Ik zie het al voor mij, dat ik met een jonge lotgenote met een kort rokje en een spannend bloesje een slow dans. ,,Gad eioom, eoh teeh ej?’’ - ,,Ki ben Latnahc, eduo nam. Mok, feeg em een neoz.’’ Waarna ik haar kuis op het voorhoofd zoen


Misschien komen er wel restaurants waar de spijskaart in het omgekeerd is gemaakt. Ejtopfoots nav kobeer en een flesje Errecnas. Lijkt me schitterend. Wij zullen onszelf een soort elite vinden, zoals mensen die in het Latijn converseren.


Maar moet hoevelen zijn we? Sammy Tanghe en ik? U misschien? Alleen venten of ook vrouwen? Of kinderen? En waar halen we het uit? Zijn er profs die ons soort mensen al hebben bestudeerd? Zijn we Aliëns? Krijg ik nu ziekenverlof tot mijn 65ste? Of moet er een krant worden opgericht met omgekeerde artikels erin? Minderheden hebben ook hun rechten!

Spreekt u ook andere talen omgekeerd? Ik zit even na te denken. Ja, dat zou gaan in feite, al heeft het nooit door mijn hoofd gespookt om Frans of Spaans om te keren.


Het is allemaal de schuld van Sammy Tanghe. Het omgekeerd spreken was al enige tijd uit mijn hoofd, en nu is het daar weer. Ik zeg een zin en denk die zin simultaan in het omgekeerd. Néén, het heeft niks met een teveel aan porto’s te maken! Het is er gewoon. Niet dat het me stoort. Maar ik zou dolgraag weten of er nog zo gekken zijn. Laat het me weten alstublieft. Tfeilbutsla !

vrijdag 13 november 2009

Waarom we ons eigen bejaardentehuis nu al oprichten

Ik wil waardig ouder worden, zelfs al ben ik zo zot als een achterdeur!

U moet eens op bezoek gaan in het tehuis waar uw oude oma verblijft. Om 18 uur liggen de meeste oudjes al in bed. Ik word stilaan heel erg ongerust. Moet we ons eigen bejaardentehuis niet oprichten?


Over een jaar of 25 begin ik wellicht de eerste tekenen te vertonen van geestelijk en fysisch verval. Mijn kinderen zijn druk bezig met hun eigen kroost en met hun carrière, dus verkopen ze mijn huis en overtuigen mij met lieve woordjes: “Ge kunt daar de hele dag biljarten opa! Het zijn schone verpleegsterkes, ik heb ze al gezien, peepee. Ze maken daar het eten zo mals dat ge uw valse tanden in het potteke kunt laten zitten.”

En dan kom ik ergens terecht tussen dementerende leeftijdsgenoten. Op woensdagnamiddag komt de stokoude Walter De Buck nog eens zingen van Zijne Vlieger, en kijken we naar Ketnet. Wie stout is wordt vastgebonden op zijn bed en om half zeven is het taptoe: lichten uit en slapen, en handen boven de lakens peepee!

Geef toe, het is géén vooruitzicht. En ik wil nu al de kritikasters de mond snoeren: ik ben ervan overtuigd dat er in veel tehuizen met liefde en warmte wordt omgegaan met de bejaarden. Maar geef toe, er is geen personeel genoeg voor individuele begeleiding, zeker ‘s avonds niet. Een een grote groep tachtigplussers zal wel geen cadeau zijn om de nachtrust in te begeleiden.

Oud hotel kopen

Soms denk ik in een overmoedige bui: als ik nu eens dertig of vijftig vrienden van mijn leeftijd vind. We houden spoedoverleg en we investeren elk een paar honderdduizend frank in de toekomst. We kopen een oud hotel aan de kust op, en laten dat langzaam herbouwen tot ons eigenste ouwpeekeshuis. We zien nu al waar we over twintig jaar in de schommelstoel zullen zitten. We beginnen nu al te werken aan ons huishoudelijk reglement, nu we nog allemaal fris van geest zijn. Neen, de verpleegsters kunnen we nog niet aanwerven, die moeten nog geboren worden.

Maar we laten nu al contractueel vastleggen dat we op 24 december 2030 een optreden van de nog altijd mooie Belle Perez naast onze kerstboom willen. We beslissen nu al dat de kleinkinderen die korter dan een kwartier op bezoek komen, automatisch worden onterfd. En we willen betaaltelevisie op onze kamers. Bompa mag tijdens een onrustige nacht naar een seksfilmpje kijken. Bomma ook trouwens.

Niemand wordt vastgebonden in mijn bejaardentehuis. Is er een snoodaard die ‘s nachts naar de vrouwenkamers sluipt? Dat mag! Toen we jong waren slopen we toch ook naar de meisjestenten? Mogen we niet eindigen zoals we begonnen? Ondeugend en vol verleidingstechnieken.

Er is geen verplicht uur om in bed te worden geholpen. We huren een paar bodybuilders in, die ons met één hand van onze rolstoel naar bed dragen, maar alléén als wij dat vragen. En het personeelslid dat het aandurft mij met verkleinwoorden te kleineren, zal ik persoonlijk aanpakken.

Kent ge dat taaltje? “Awel mijnheerke? Gaan we in ‘t zetelke zitten? Moeten we een boterhammeke hebben? Wacht, ik zal uw tandekes insteken. Doe uw mondje open. Flink hoor, straks moogt ge naar Tik Tak kijken.”. Wie me zo aanspreekt riskeert de dood. Meester Vermassen zal honderd jaar oud zijn, maar hij zal me verdomme laten vrijspreken wanneer ik een verpleegster die me betuttelt door het venster gooi. Ik wil waardig ouder worden, zelfs al ben ik zo zot als een achterdeur!

In Huize Verzuring moeten ze maar andere oudjes stoppen. Ons eigen bejaardentehuis, waarvan wij zélf directeur zijn, dat wordt de hemel op aarde. Wij zullen onze hemel verdiend hebben.

Misschien moeten we volgend jaar al eens samenkomen, lieve geïnteresseerde lezers, om te zien waar we het vrolijkste ouwpeekeshuis van Europa kunnen neerplanten.

Uiteraard zijn ook de dames van harte welkom, want uiteindelijk zijn zij het die ons venten met gemak een paar jaar overleven.



zondag 8 november 2009

Jeans...

Echte mannen hebben een 36/32


Ik moet heel het weekeinde werken, dus tijdens die schaarse vrije uurtjes wil ik alleen quality time, had ik zaterdagochtend geëist. “Okee”, had mijn dame gelachen, en ze ontvoerde me naar het centrum van Gent.

Winkelen op een zaterdagochtend. Is dat de kwaliteit van het leven? Ik sjokte dus maar mee door de Veldstraat. “Je moet dringend een nieuwe jeansbroek hebben”, gebood mijn lieve meesteres. Dus we stapten een winkel naar binnen. Een schoonheid lachte me toe. “Ik ken haar”, fluisterde ik, “maar ik weet niet meer wie het is”. Ik werd kwaad op mezelf. Ik die zo trouw ben aan alle dames die ik graag heb. Een naam vergeten! Alzheimer loert achter de hoek.

Ik kreeg een jeans met knopen aangereikt, na een kennersblik van de dame. Ze loerde onbeschaamd naar mijn benen, mijn kruis en mijn kont, en ze wist meteen: “Dat is een 36/32”, concludeerde ze kordaat. Ik was onder de indruk. Zij kende me dus wel nog.

Pashokjes zijn uit de mode. Ik stond achter een stuk gordijn, terwijl mijn madam en de verkoopster naar binnen keken hoe ik me uit de ene en in de andere broek murwde. Weten zij dan niet dat ik van het beschaamde type ben?

Die 36/32 zat als gegoten om mijn atletisch onderlichaam. Maar kent u het probleem van een jeansbroek met koperen knopen, wanneer je die de eerste keer wil sluiten? Niet te doen!

Dus zat algauw mijn madam op de knieën voor mij, mijn nieuwe Levi’s dicht te knopen. En de verkoopster stond er grijnzend naar te kijken. De andere klanten keken beleefd de andere kant op. Dat maakte het nog erger!

Ik treuzelde lang genoeg om me weer aan te kleden, zodat mijn madam noodgedwongen mijn broek betaalde. Zoete wraak, en ik had behoefte aan een aperitief.

Onderweg mijmerde ik verder over de verkoopster. Hoe kan zij in godsnaam weten dat ik gezegend ben met de ideale maten 36/32?

“In feite moet ge nu mét uw nieuwe broek aan onder de douche stappen”, leerden mijn jongedames mij die middag. Dan past de jeans zich aan, aan uw goddelijk lichaam”. Ze proestten het uit.

Die middag at ik garnaalkroketten en fazant. Na het wildseizoen heb ik een 42/36 vrees ik.

maandag 2 november 2009

voorbij

Allerheiligen is voorbij
veel over de doden gelezen en gehoord
mooi...
en als de mensen nu de andere 364 dagen de levenden waardig en met liefde en passie benaderen en behandelen...

dan zou het leven weer het leven waard kunnen zijn.




zondag 1 november 2009

misverstand

het vorige stukje, met als titel: waar gebeurd (2002) gaat over de periode in 2002 dat mijn moeder overleed.
sommige mensen menen verkeerdelijk dat dat deze week is gebeurd.
sorry voor het misverstand
dank voor het medeleven

rudi